De Ligging


Japan bestaat uit ongeveer 3900 meestal kleine eilanden.
De 4 grote eilanden zijn: Hokkaido, Honshu, Shikoku en Kyushu.
De totale landoppervlakte van alle eilanden samen bedraagt 378.000 vierkante kilometer:



(Klik Japan aan op deze Kaart!)

De Japanse eilanden strekken zich uit over een afstand van bijna 4000 kilometer. Het verste punt in noordelijke richting ligt op 45 graden noorderbreedte, en dat in zuidelijkerichting op 20 graden noorderbreedte.


Het land

Bergen bedekken maar liefst 70 procent van het Japanse land. Het grootste deel van de hoge bergen ligt op het eiland Honshu. Er is een bijzonder bekende bergketen die 'Japanse Alpen' wordt genoemd. Veel bergen daarvan bereiken een hoogte van 3.000 meter boven de zeespiegel. De beroemdste berg in Japan is de berg Fuji die met zijn 3.776 meter ook de hoogste is.


(De berg Fuji is de hoogste berg in Japan.)

Omdat veel Japanse bergen vulkanisch zijn, hebben veel bergen natuurlijke heetwaterbronnen. Soms is het water heet genoeg om een ei te koken!
Van ongeveer 67 vulkanen neemt men aan dat ze nog actief zijn, en in de laatste jaren zijn er meerdere grote vulkanische uitbarstingen geweest. Daardoor zijn veel huizen verwoest en is een aantal mensen omgekomen, maar men neemt toch het risico om dicht bij actieve vulkanen te gaan wonen, omdat de lava vruchtbaar bouwland oplevert.

Ook komen in Japan aardbevingen voor. Ieder jaar zijn er 7.000 tot 8.000 aardschokken. De meeste daarvan hebben zo'n geringe kracht dat men die nauwelijks voelt, maar als er een aardbeving met grote kracht is, kan dat grote schade veroorzaken. Daarom worden gebouwen zo ontworpen, dat zij niet gauw door een aardbeving kunnen worden verwoest. Men doet dat door funderingen aan te leggen die er voor zorgen dat de gebouwen lichtjes schommelen in plaats van in te storten. Op deze en vele andere manieren hebben de Japanners geleerd om in harmonie met de natuur te leven.


(De Kegon Waterval bij Nikko.)



Water


Een land dat uit zoveel eilanden bestaat heeft natuurlijk een heel lange kustlijn. Water speelt in het Japanse landschap een belangrijke rol, van de prachtige, door bergen omringde meren landinwaarts, tot de Japanse Zee in het westen en de Stille Oceaan in het oosten.



(De Seto-Ohashi brug verbindt Honshu met Shikoku, via de eilandjes in de Binnenzee)

De Japanse eilanden liggen in het spoor van de tropische stormen, die Tyfoons of wervelstormen worden genoemd. Die slaan gewoonlijk toe aan het einde van de zomer of in het begin van de herfst en kunnen overstromingen en aardverschuivingen veroorzaken en schade toebrengen aan huizen en gewassen.


Het klimaat en de seizoenen

Het klimaat van Japan verschilt sterk van plaats tot plaats. In het noorden zijn de winters koud met veel sneeuw. De temperatuur kan wel tot -40 graden celsius dalen en koude winden vanuit Siberie en Mongolie veroorzaken vaak enorme sneeuwbuien. De zomers in het noorden zijn zacht, met temperaturen tot 20 graden. De zuidelijke eilanden, zoals Okinawa zijn veel warmer met temperaturen van tenminste 30 graden in de zomer, en in de winter zelden beneden de 15 graden. In Tokyo zijn de zomers heet en vochtig, terwijl de winters koel zijn met temperaturen rond de 5 graden.

Lente
Het grootste deel van Japan heeft vier duidelijk te onderscheiden seizoenen. Het aanbreken van de lente (Haru) wordt ingeluid door het in bloei komen van de pruime- en kersebomen. In de lente melden de weerberichten op welke dagen in de verschillende delen van het land de eerste bloesem wordt verwacht. Het gaan kijken naar de kersebloesem is populair. Onder de kersebloesem worden feestjes gegeven om de komst van de lente te vieren. Deze gewoonte wordt Hanami ('bloemen kijken') genoemd.


Zomer
De periode van begin juni tot midden juli is heet en erg regenachtig. Het regenseizoen (Tsuyu) is erg belangrijk voor de rijstbouw.
Hoogzomer (Natsu) duurt vanaf het einde van het regenseizoen to midden september. Met uitzondering van Hokkaido is het dan heet en vochtig weer.


herfst
Als de herfs (Aki) nadert, dalen de temperaturen en wordt de lucht fris en helder. Dit is een fijne tijd omdat het zonnig weer is, en de bomen van kleur veranderen.


Winter
In de winter (Fuyu) is er zware sneeuwval in de noordelijke en westelijke delen van Japan. Deze steken hebben allerlei sneeuwfeesten. Het beroemdste is dat in Sapporo, Hokkaido. Van sneeuw en ijs worden reusachtig beeldhouwwerken gemaakt en vanuit de hele wereld komt en kijken en deelnemen.



Planten en dieren

De verscheidenheid van het Japanse land en van het Japanse klimaat geeft het land een schitterende varieteit aan planten. Sommige bloemen en bomen hebben in de Japanse cultuur een belangrijke betekenis.
Kersebloesems (Sakura), die al na een paar dagen uitvallen, herinneren op een poetische wijze aan de snelle veranderingen in de wereld. Maar de pijnboom (Matsu), is weer een symbool voor een lang leven. Bamboe (Take) dat sterk is en buigzaam, staat voor de gave om moeilijkheden te overwinnen en sterk te worden.

Hoewel Japan veel soorten heeft van vogels, insekten en andere kleine dieren, zijn er niet veel grote wilde zoogdieren. De grootste zijn beren, die diep in de bergen leven. In de buurt van boerderijen en dorpen leven vossen en wasberen, die vaak onderwerp zijn van Japanse volksverhalen. Zo staan zij erom bekend dat ze er van houden om mensen voor de gek te houden.

Copyright 2000-2006, The Embassy of Japan in the Netherlands